De boerderij in ontwikkeling – deel 1: Groenten

Je stopt een zaadje in de grond, dat groeit uit tot een plantje, dat na verloop van tijd wordt geoogst. Het lijkt eenvoudig maar er komt veel meer bij kijken om onze groenten op ons bord te krijgen.

De grond

Voordat we zijn gestart met het aanplanten hebben we onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de grond. Het grootste perceel bleek het beste om de fijne teelt op te starten. Wel hebben we het perceel moeten voorzien van extra organische stoffen in de vorm van koeienmest (lokaal) en compost.

Ideale samenstelling

Om te komen tot het teeltplan, met een ideale samenstelling van de groenten, hebben we gekeken naar drie criteria:

  • Wat willen we eten? Hiervoor is een enquête gehouden onder alle leden op dat moment.
  • Wat past er in welk seizoen? De opbrengst willen we het liefst hele jaar door.
  • Wat past er op de grond? Niet alle soorten groeien even goed op onze grond en in ons
    klimaat.

Met de enquête die de leden hebben ingevuld is een top 10 samengesteld van groenten die de boeren zoveel mogelijk gaan produceren:

  1. Tomaten
  2. Uien (diverse soorten)
  3. Paprika
  4. Sla (diverse soorten)
  5. Komkommer
  6. Sperziebonen (diverse soorten)
  7. Wortel (diverse soorten)
  8. Aardbeien
  9. Broccoli
  10. Bloemkool

Een aantal soorten groente (bijvoorbeeld tomaten) moeten in een kas worden geteeld. En op dit moment hebben we helaas nog geen goedkeuring van de gemeente om onze grote kas op ons perceel te plaatsen.

Naast de top 10 zijn er nog 40 soorten groenten die in meer en mindere mate door ons zijn gewenst. Ook zijn er suggesties gedaan voor andere gewassen die niet op de lijst stonden. Palmkool werd vaak genoemd en is dan ook besteld om te telen. Ook de suggestie om kiemen te kweken zijn we aan het bekijken om in de kleine kas te kunnen doen.

 

Ecosysteem in balans

Sommige gewassen groeien harder dan andere. Ook dit is belangrijk om per seizoen in de gaten te houden. Om de groei te stimuleren is water natuurlijk van essentieel belang, zeker nu het erg droog is. De afgelopen weken is dan ook hard gewerkt aan de aanleg van een beregeningsysteem. Om de balans te krijgen in ons ecosysteem hebben onze boeren gekozen voor veel diversiteit aan planten. Een akker vol met alleen maar prei lokt de preivlieg, preimot en preimineervlieg. In een tuin waar heel veel verschillende soorten bloemen en/of groenten afgewisseld worden zal een belager meer moeite moeten doen om voldoende planten van zijn gading te vinden. Je maakt het ze daarmee lastiger. En meer verschillende planten in een tuin betekent meer verschillende soorten dieren. En die dieren zijn soms elkaars vijanden. Het bekendste voordeel is wellicht de wortelvlieg en de preivlieg (uienvlieg) – door het beurtelings zaaien/planten van rijtjes wortelen en uien is de kans groot dat de uienvlieg de wortelvlieg verjaagt, en andersom. Maar ook het stimuleren van groei en voorkomen van ziekten, schimmels en plaagdieren is belangrijk voor een gestage groei. Als Herenboeren willen we absoluut geen bestrijdingsmiddelen gebruiken dus zijn onze boeren druk met het maken van heermoes- en rabarberextract om ervoor te zorgen dat er geen slechte schimmels ontstaan en luizen, rupsen en de koolvlieg op afstand blijven.

De eerste groenten

De eerste gewassen komen in juni al van het land af. We verwachten als eerste de raapstelen, waarschijnlijk gevolgd door paksoi en een slasoort. Als we iets verder kijken dan komen de radijsjes. Ook de rucola, snijbiet en Chinese kool groeien hard en kunnen we hopelijk snel eten!

De volgende keer meer over andere onderdelen van de Herenboerderij, zoals de boomgaard en wanneer we de varkens verwachten.

Deel dit bericht: