Interview met Geert van der Veer (oprichter Herenboeren): ‘Als je een verbinding krijgt met de grond en de natuur ga je andere dingen belangrijk vinden’

Zijn hele carrière is hij al bezig met het verduurzamen van de agrarische sector. Maar het is moeilijk echt iets te veranderen binnen de lijntjes van  agrarische productieketen. In 2012 besluit Geert van der Veer dat hij het zonder de bestaande keten moet doen, hij bedenkt de Herenboerderij. Inmiddels zijn er zeven Herenboerderijen, eind 2021 zullen dat er twintig zijn. “Wij hebben een verhaal over de toekomst van Nederland waarin iedereen in een mooiere omgeving kan wonen, dichter bij zijn eten kan zijn en blijer in het buitengebied kan wandelen. Wie kan daar nou iets op tegen hebben?”

Tekst & interview: Guusje van Hout – juni 2020

De cursieve stukken in deze tekst geven extra informatie bij het interview.

Op je LinkedIn staan wel twintig verschillende dingen die je hebt geprobeerd om de agrarische sector te verduurzamen. Hoe hebben die dingen je geleid tot de Herenboerderij?

“Ik denk dat ik 12 was toen ik voor het eerst op een boomkwekerij rond liep, daar heb ik gewerkt tot mijn 27ste. In de tussentijd ben ik gaan studeren. Ik kwam op de HAS in Den Bosch terecht en daar leerde ik best vierkant boeren: ‘Alles aan de kant want ik moet rechtdoor! Je moet gespecialiseerd, tegen weinig kosten en voor de wereldmarkt produceren.’ Ik vroeg me altijd af: Waarom is de bodem geen onderwerp? Waar is de ecologie? Waarom vertellen jullie mij landschapselementen als houtwallen weg te halen omdat ze in de weg staan voor de productie in plaats van dat ze waardevol zijn omdat het zorgt voor biodiversiteit? Ik stelde allerlei vragen en kreeg daar geen antwoord op. Als dit de landbouw van vandaag is, ga ik van People, Planet and Profit ieder geval door Planet een streep zetten. Want hier klopt iets niet.” 

Binnen de duurzame ontwikkeling is People, Planet en Profit een streven. People staat voor mensen, Planet voor de planeet en Profit staat voor winst. De drie elementen moeten op harmonieuze wijze gecombineerd worden, zo wordt ondersteld.  

“Daarna ben ik gaan werken bij de Land- en Tuinbouworganisatie.”  

De Land- en Tuinbouworganisatie vertegenwoordigt agrarische ondernemers en verdedigd hun economische en maatschappelijke positie. 

“Daar heb ik geleerd dat het gros van de boerderijen bijna failliet is. Ze gaan niet failliet omdat er genoeg geld in omgaat. Maar er wordt geen geld verdiend. Boeren maken geen winst. Dan gaat door Profit ook een streep, dacht ik. In 2003 ben ik weggegaan bij de Land- en Tuinbouworganisatie en heb mijn eigen bedrijf opgericht: Praedium Coöperatie. Praedium was een ingenieursbureau dat zich bezighield met het creëren van een kortere weg tussen de producent de consument. Van de euro die jij in de supermarkt uitgeeft komt 10 cent bij de boer terecht. Dus ik dacht: ‘Als ik die route korter maak dan blijft de consument een euro uitgeven maar gaat er een groter deel naar de boer.’ In de tien jaar tijd dat ik hieraan heb gewerkt heb ik veel geleerd. Ik kwam veel bij de consument. Toen realiseerde ik me eigenlijk hoe weinig wij van ons eten weten. We zien in de supermarkt spruitjes als kleine bolletje in een zak maar er zijn weinig mensen die weten dat spruitje aan een stengel groeien.” 

Waarom vind je het belangrijk dat mensen weten waar hun eten vandaan komt?

“Omdat ik denk dat wanneer je weet hoe jouw eten groeit, je een verbinding krijgt met buiten. Als je een verbinding krijgt met de grond en de natuur ga je andere dingen belangrijk vinden. Dan wordt geld een stuk minder belangrijk en weer een middel in plaats van een doel op zich.

Door Planet en Profit stond al een streep. Door People zet ik er nu ook een. Toen dacht ik: Als we het over de duurzaamheid van de agrarische sector hebben, dan zie ik die niet. Na tien jaar werken werd ik een beetje moedeloos van Praedium want die kortere route ging niet lukken. Dat was in 2012, op dat moment was het aandeel van biologische producten op de markt slechts twee procent. Toen was de overheid al 25 jaar aan het proberen boeren duurzamer te laten produceren. Dat is heel veel inspanning met een rendement van niks. Als dat maar twee procent is, dan gaat mijn kortere route niet lukken. Dus toen dacht ik: Ik verkoop de boel. Ik ga maar eens achterover leunen en bedenken wat ik wil, want misschien moet ik helemaal niet met boeren en productie bezig zijn. Misschien moet ik iets heel anders gaan doen met mijn leven. Toen bedacht ik me dat ik een half jaartje stil ging zitten om na te denken. En in drie weken heb ik het concept voor Herenboeren uitgeschreven.”

Hoe zag het bedenken van concept voor Herenboeren eruit? 

“Ik had alles dat fout ging in de sector onder elkaar gezet, dat waren 46 punten. Ik ging kijken of ik een concept kon bedenk waar die 46 punten niet in zaten. Dat werd de Herenboeren.”

“We hadden al meteen uitgerekend  dat als alle Nederlanders lid worden van een Herenboerderij  dan hebben we een derde van het oppervlakte van het buitengebied nodig. Dus een derde van het land dat de agrarische sector nu gebruikt moet Herenboerderij worden als alle Nederlanders Herenboer zijn.”

Komt er meer eten per hectare van de Herenboerderij dan van de ‘normale’ boerderij?

“Nee, als je alleen naar het eten kijkt, produceren we minder per hectare. Maar als je kijkt naar biodiversiteit, bodemkwaliteit, de stikstofuitstoot en hoeveel blije mensen dan zijn we veel efficiënter.”

Dan zijn er nu nog minder hectaren nodig om Nederland te voeden. Waar is het overige stuk buitengebied voor?

“We halen 90 miljard euro het land binnen omdat we voedsel exporteren. Van alles wat we produceren, exporteren we 75 procent. Ik zou dat nog snappen wanneer het terecht zou komen op plekken waar er honger is. Maar 50 procent van wat we naar het buitenland exporteren komt in Duitsland, België of het Verenigd Koninkrijk terecht. Je hoort vaak vanuit de sector: `Wij voeden de wereld.` Nou dat weet ik zo net nog niet. Wij ruilen producten met Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk. Als wij echt iets willen doen aan de honger in de wereld, dan moeten we onze producten naar landen brengen die ze nodig hebben. Of we moeten de systemen die we ontwikkelen daar gaan implementeren zodat ze zelf voor hun eten kunnen zorgen. Export heeft alleen maar te maken met geld verdienen. Geld is belangrijker dan dierenwelzijn, dan ons milieu en dan biodiversiteit. Geld is alles. Ik geloof niet dat ze in Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en België niet aan hun eigen eten kunnen komen. De enige reden waarom wij exporteren is om geld te verdienen. En ondertussen zitten we ook met alle nadelen daarvan: stikstof, fijnstof en zieke varkens.” 

Stoot de Herenboerderij minder stikstof uit dan ‘normale’ boerderijen?

“Ja.”

Hoeveel minder?

“Daar probeer ik al heel lang een getal voor te krijgen. Het is namelijk heel moeilijk te meten. Er zijn twee verschillende soorten stikstof. De belangrijkste voor de landbouw is ammoniak. Ammoniak ontstaat wanneer poep en plas bij elkaar komen. In de stal gebeurt dat per definitie, omdat alles in een bak onder de stal opgevangen wordt. Maar bij ons lopen alle dieren buiten. Dus dan poept het daar en plast het een keer her en der. Dat komt bijna nooit bij elkaar. Ik denk dat we op gebied van ammoniak bijna nul, dus verwaarloosbaar scoren.”

Wanneer je lid wordt van de Herenboerderij moet je per gezin eenmalig 2000 euro investeren. Hiermee kan er grond en materieel gekocht worden. Daarna is er een wekelijkse bijdragen van rond de 10 euro per persoon. Dit betaal je elke week ook als je geen oogst krijgt. Op het moment dat je oogst komt ophalen betaal je niets extra’s. 

Je droomt ervan dat alle inwoners van Nederland Herenboer worden. Voor niet alle inwoners van Nederland is het mogelijke 2000 euro te investeren. Hoe wil je daar in de toekomst mee om gaan?

“We zitten in de beginfase. Ik denk dat als we groter worden we minder duur gaan zijn. Omdat de huidige leden het kunnen betalen hebben zij de verantwoordelijkheid om aan de wereld te laten zien hoe het anders kan. Dan kan de overheid straks bijspringen om het voor iedereen beschikbaar te stellen.”

Wat voor mensen zijn er lid van de Herenboerderij?    

“Als je met iets duurzaams bezig bent krijg je de VPRO-kijker waarschijnlijk het makkelijkst mee, dat zijn bewuste mensen. Toen ik aan Herenboeren begon wilde ik niet al die geitenwollen sokken aan mijn broek hebben hangen. Ik wil eigenlijk de mensen die vrijdagavond met een fles bier en een zak chips RTL4 zitten te kijken meekrijgen. We hebben VPRO-kijkers, maar ook heel veel RTL4-kijkers. Het is me wel te wit. Het is te veel witte Nederlander, dat mag veel diverser. Ook zijn ze net iets bovengemiddeld opgeleid en ze hebben de centen, dat maakt het een beetje decadent. We zijn wel van alle leeftijden.”

Hoe reageren overheidsinstanties op de Herenboerderij?

“De overheden en provincies zijn enthousiast. Soms steunen ze ons ook met een beetje geld of een stukje land. Wat er in de weg zit, is de wet- en regelgeving. Zo zijn bijvoorbeeld alle wetten en regels gemaakt voor varkens die met veel tegelijk in een stal zitten. Wij hebben een paar varkens die ergens buiten lopen. In de wet staat dat varkens staldieren zijn. Dierenwelzijn in de stal wordt uitgedrukt als:  ‘Knip de staarten af, anders kan die afgebeten worden door een ander varken. Zorg dat er speelgoed in de stal is zodat varkens afleiding hebben.’ Terwijl die afleiding eigenlijk gevonden moet worden in wroeten in de grond. Wij zijn volgens de wet helemaal niet diervriendelijk bezig. Want ze hebben een staart en ze hebben geen speelgoed.” 

Probeer je invloed te hebben op wet- en regelgeving?

“Ik zit in de klankbordgroep van de minister van Landbouw. De minister heeft vijftien boeren om zich heen verzameld. Ik zit een keer per kwartaal aan tafel met de klankbordgroep. De meeste boeren zijn mensen uit het bestaande systeem. Dat maakt de discussies levendig want ik denk over veel dingen anders dan zij. Soms is dat leuk en wordt dat gewaardeerd, soms ben ik gewoon een pain in the ass, maar ik ga er toch mee door. Anders verandert er niets.” 

“Daarnaast heeft Herenboeren een zogenaamde Green Deal. Wij kunnen op de boerderij in Boxtel afwijken van wet- en regelgeving. We kunnen iedere keer een nieuw experiment starten dat kan dan leiden tot aanpassing van wet- en regelgeving. De deal is getekend door het Rijk, provincie Noord-Brabant en gemeente Boxtel en wordt gefaciliteerd door de HAS, die onze experiment monitort.” 

Maakt Herenboeren gebruik van subsidies?

“Boeren krijgen inkomenssteun. Dat is de grootste kostenpost van de EU. Nederland krijgt uit Europa ongeveer 700 miljoen euro om aan de boeren te geven. Boeren krijgen een bepaald bedrag per jaar om boer te kunnen zijn want als boer ben je bijna failliet. Wij hebben gezegd: ‘Voor lokale Herenboerderijen accepteren wij geen subsidie.”

“Stichting Herenboeren Nederland, de overkoepelden organisatie van alle Herenboerderijen, steunt elke lokale boerderij en dat kost geld. Elke Herenboerderij staat jaarlijks een bedrag af aan stichting Herenboeren Nederland, een soort contributie. We hebben twintig boerderijen nodig om alle werknemers te kunnen betalen. We hebben nu zeven boerderijen. In de tussentijd hebben we dus een gat, maar mensen moeten betaald worden en dat doen we dan met donaties die komen vanuit verschillende richtingen. Dat kan subsidie zijn van de overheid maar ook vanuit stichting Doen, een van de goede doelen van de Postcodeloterij, krijgen wij geld. We hebben ook een lening die we gaan aflossen.”

Voor de toekomst van Herenboeren in Nederland heb je een duidelijk beeld. Denk je dat de Herenboeren ook buiten Nederland van de grond kan komen?

“Ik denk dat Herenboeren een bijdragen kan leven in andere landen. Er zijn mensen uit Brazilië, Amerika, Japan, China en Oostenrijk komen kijken op de Herenboerderij. Daarnaast zijn  we  in Frankrijk op televisie geweest. De interesse is er zeker. Je zou het wel moeten vertalen naar de omstandigheden van de landen. Als ik groot denk dan heb ik straks ook een directeur internationaal zitten.” 

Een groot deel van de boeren hebben op het moment nogal moeite met de milieueisen. Zoals we hebben kunnen zien tijdens de boerenprotesten. Denkt je dat de boeren mee willen gaan in jouw manier van landbouw? 

“Veranderen doet pijn, altijd. Volgens mij is er geen enkele boer die nu nog vindt dat er niets hoeft te veranderen. Verandering gaat komen. Ik wil niet beweren dat ik gelijk heb, of dat dit dé oplossing is. Ik wil alleen maar een inspiratiebron zijn, niet meer. Wij doen het anders en daar zitten een paar voordelen aan. En, beste boeren, kijk er eens naar! Wij staan ervoor open en willen je alles uitleggen. Ik hoef de sector niet te overtuigen, dat moeten ze zelf doen. Ik wil kennis uitwisselen, dat is wat ik wil.”

De Herenboeren klinkt allemaal wel heel positief. Wat zijn de nadelen? 

“Dat zit bijvoorbeeld in de 2000 euro aan inschrijfkosten. Ik denk dat als je het logistiek bekijkt dat het niet mogelijk is om 17 miljoen Nederlanders in hun auto te krijgen om elke zaterdag hun eten op te gaan halen op de boerderij. Ook denk ik dat er meer arbeid is dan dat wij nu betalen. Dus er zitten echt nog wel wat uitdagingen.”

Uit wat je allemaal hebt gezegd haal ik dat je veel bezig bent met klimaatverandering.

“Ik vind het raar dat sommige mensen klimaatverandering ontkennen. Je kunt discussiëren over bijvoorbeeld de temperatuurstijging want als je in de geschiedenis kijkt is er wel vaker een piek in temperatuur geweest. Maar wat ik zeker weet is dat toen ik net mijn rijbewijs had gehaald, en dat is toch al een tijdje geleden, moest ik tijdens het tanken altijd mijn voorruit schoonmaken omdat er te veel insecten op zaten. De keren dat ik nu mijn vooruit schoonmaak tijdens het tanken is ongeveer nul. Van de biomassa aan insecten, is 75 procent gewoon verdwenen.” 

Denkt je dat de mens op tijd gaat veranderen om klimaatverandering tegen te gaan? 

“Het is een keuze, heel simpel. De aarde blijft bestaan en de mensen sterven uit. Dus we zijn met onze eigen zelfvernietiging bezig, niet met die van de aarde. Ik kan geen voorspelling doen, maar wat ik wel weet is dat de sense of urgency er nog niet is. We hebben nu corona gehad. De waarschuwingen zijn dat het economisch slecht zal gaan. Alle discussies over duurzaamheid gaan naar de achtergrond want de economie moet gered worden. Daar ben ik bang voor. Eigenlijk moet je dit soort momenten aangrijpen om structurele verandering door te voeren. Helaas geloof ik niet dat onze politiek en maatschappij het klimaat belangrijk genoeg vinden.” 

Je hebt een grote droom: het implementeren van de Herenboerderij door heel Nederland. Hoe wil je dit werkelijkheid maken?

“Ik zeg altijd: ‘dat is een geloof.’ Als we met z’n allen ergens in geloven, dan kunnen we het realiseren. Wij hebben een verhaal over de toekomst van Nederland waarin iedereen in een mooiere omgeving kan wonen, dichter bij zijn eten kan zijn, blijer in het buitengebied kan wandelen en beter met dieren kan omgaan. Volgens mij is dit een verhaal waar niemand op tegen kan zijn. Als we in twee jaar tijd het voor elkaar krijgen 8 boerderijen uit de grond te stampen, laat mij dan maar 40 jaar werken.”


Dit interview is onderdeel van de productie die Guusje van Hout maakte over Herenboeren De Groote Heide. Klik hier om de volledige productie, met interactief plattegrond, te bekijken.

Deel dit bericht: